Het hof bevestigt gedeeltelijk de veroordelingen voor mensenhandel en criminele organisatie die door de correctionele rechtbank van Leuven in een vonnis van 4 juli 2013 uitgesproken werden tegenover verschillende Roemeense beklaagden. Deze buitten de prostitutie van jonge Roemeense vrouwen uit. De vrouwen, die in een precaire familiale en financiële situatie zaten en op zoek waren naar een beter leven, werden geronseld onder het mom van een job in de landbouw in Portugal. Heel snel kwamen ze in contact met de hoofdbeklaagde, aan wie ze verkocht waren. Ze werden onder dwang en seksueel geweld, verplicht zich in verschillende bars te prostitueren. Hun opbrengsten moesten ze afstaan aan de beklaagde. Een van de slachtoffers werd, tot twee keer toe, tot abortus gedwongen. Regelmatig werden ook hun families bedreigd. De slachtoffers konden zich niet vrij bewegen en mochten ook geen telefonisch contact opnemen met hun familie.