Dit dossier heeft betrekking op een ‘loverboy’. De beklaagde met de Belgische nationaliteit had meerdere slachtoffers gemaakt, allemaal meisjes met de Belgische nationaliteit, van wie er verschillende nog minderjarig waren. Verschillende slachtoffers en Payoke stelden zich burgerlijke partij.

De beklaagde werd vervolgd voor mensenhandel met het oog op seksuele uitbuiting en voor mensenhandel met als doel het doen plegen van misdrijven, met als verzwarende omstandigheid onder meer het feit dat sommige slachtoffers minderjarig waren. Daarnaast werd hij ook vervolgd voor het opwekken van ontucht en prostitutie bij minderjarigen ouder dan veertien jaar, exploitatie van ontucht en prostitutie van minderjarigen boven de leeftijd van zestien jaar en exploitatie van de prostitutie (van meerderjarigen), verkrachting met geweld van kinderen jonger dan veertien jaar, opzettelijke slagen en verhandelen van verdovende middelen, ook aan minderjarigen jonger dan zestien jaar.

Tijdens het onderzoek traden zestien personen naar voren als slachtoffers, maar mogelijk konden niet alle slachtoffers worden geïdentificeerd. Meerderen onder hen werden verhoord en gaven toe effectief slachtoffer te zijn.

De beklaagde viseerde systematisch heel jonge en bijzonder kwetsbare meisjes, vaak met een instellingsverleden of uit een problematische familiale context. Hij benaderde hen in het begin als hun vriendje en maakte hen aanvankelijk loze beloftes, die na een tijd omsloegen in bedreigingen en zelfs grof geweld om hen te dwingen zich te prostitueren. Dat gebeurde over een langere periode en bij sommige meisjes met een heel hoge frequentie en intensiteit. Het geld dat zij verdienden moesten ze aan hem afstaan. De beklaagde bekostigde daarmee zijn gokverslaving. Prijsafspraken met klanten varieerden tussen de 250 euro en 300 euro en liepen soms op tot 1.000 euro. Tijdens het onderzoek werd geschat dat hij er minstens tussen de 120.000 euro en de 670.000 euro aan had verdiend. Afspraken werden geregeld door de beklaagde via onlineadvertenties op verschillende platformen. Hij zette de meisjes vaak aan tot het gebruiken van drugs en verdovende middelen.

De beklaagde ging ook actief online op zoek naar meisjes die voor hem wilden werken. Hij benaderde hen dan en vroeg of ze voor hem wilden werken. Sommige slachtoffers waren al vertrouwd met het prostitutiemilieu.

Sommige meisjes liet hij ook zogenaamde ‘ripdeals’ uitvoeren, waarbij zij een afspraak met een klant maakten en nog voor ze de seksuele handelingen stelden ervandoor gingen met het geld.

De beklaagde werd in zijn activiteiten bijgestaan door zijn broers en vrienden. Ook vanuit de gevangenis had hij nog contact met verschillende meisjes of werden de meisjes benaderd door zijn entourage.

Het onderzoek gebeurde aan de hand van verschillende verhoren van de slachtoffers, huiszoekingen bij de slachtoffers en de beklaagde, een uitgebreid telefonieonderzoek, observaties, forensische analyses van laptops, gsm en simkaarten, internetonderzoek, ANPR-captaties, bevraging van de seksdatingsite, …

De beklaagde werd onderzocht door een forensisch psychiater en die kon geen geestesstoornis vaststellen, maar wel een antisociale persoonlijkheidsontwikkeling. Een geneesheer-deskundige stelde verschillende letsels vast bij de slachtoffers.

De beklaagde had een bijzonder ongunstig strafblad met meerdere veroordelingen en bevond zich in staat van wettelijke herhaling. Ook in de gevangenis werd hij betrapt met verdovende middelen in zijn bezit en had hij een penitentiair ambtenaar aangevallen.

De rechtbank oordeelde dat op basis van de talrijke verklaringen van verschillende slachtoffers – die konden worden bevestigd door objectieve elementen uit het dossier – de feiten bewezen waren.

Hij werd uiteindelijk veroordeeld tot een gevangenisstraf van tien jaar effectief en tot een geldboete van 8.000 euro. Hij moest een schadevergoeding betalen aan de verschillende slachtoffers van respectievelijk 45.000 euro en 12.000 euro. Payoke kreeg een schadevergoeding van 2.500 euro. Een groot bedrag werd verbeurdverklaard en toegekend aan de slachtoffers.

Tegen deze zaak werd beroep aangetekend.