Op dit ogenblik zijn er in sommige steden “gedoogzones”, waar sekswerkers zonder documenten werken naast sekswerkers met papieren. De focus ligt hier op de strijd tegen mensenhandel en niet op de controle van verblijfssituaties. Gespecialiseerde eenheden voor mensenhandel van de lokale politie en van de federale gerechtelijke politie hebben zo aandacht voor de indicatoren mensenhandel.

Ze kunnen een vertrouwensband opbouwen met de sekswerkers ongeacht hun verblijfsadministratieve situatie. Mogelijke slachtoffers voelen zich niet opgejaagd en tonen zich derhalve sneller bereid om mee te werken met politie en justitie. 

Zo kan de politie een beter zicht behouden en controle uitoefenen op het fenomeen en de uitwassen van mensenhandel eruit halen. Dat beleid heeft al tot veel successen geleid en tot verschillende gerechtelijke dossiers en veroordelingen voor mensenhandel. Dat zag Myria ook in dossiers waarin het zelf burgerlijke partij was. 

Het blijft de vraag hoe dit wetsontwerp concreet zal worden toegepast op het terrein. De steden en gemeentes blijven alleszins hun bevoegdheid behouden. Zal de minister van Justitie een beleid stimuleren waarbij er in de prostitutiezones alleen plaats is voor sekswerkers die hier wettig verblijven of blijft er enige marge? Door betere controles op mensenhandel binnen de zichtbare prostitutie kunnen uitbuitingsrisico’s misschien beperkt blijven, zonder de meest kwetsbare sekswerkers en sekswerkers zonder papieren ‘ondergronds te drijven’.