De beklaagden smokkelden via schijnhuwelijken Indische mannen naar België. De slachtoffers betaalden hiervoor grote bedragen, rond de 15.000 euro. Sommige slachtoffers konden op legale wijze naar België komen omdat ze door het schijnhuwelijk reeds over geldige papieren beschikten. Voor andere slachtoffers zou een huwelijk in België worden georganiseerd. De slachtofferverklaringen speelden een belangrijk rol in de bewijsvoering.

Het hof  bevestigde deze beslissing van 25 oktober 2013 door de correctionele rechtbank van Hasselt in eerste aanleg.