Ook al is er in deze beslissing geen sprake van de tenlastelegging mensenhandel met de bedoeling de betrokkene te dwingen een misdaad of misdrijf te plegen, toch is dit vermeldenswaard, omdat het minderjarige slachtoffer van deze criminele organisatie door een gespecialiseerd opvangcentrum opgevangen werd.

Het gaat hier om verschillende beklaagden die worden vervolgd voor diverse inbreuken inzake verdovende middelen. Een van hen (de hoofdbeklaagde) wordt ook vervolgd voor mensensmokkel en de invoer, het bezit of de verkoop van verdovende middelen met de verzwarende omstandigheid een minderjarige te hebben gebruikt om die inbreuken te plegen, en ook om het hoofd te zijn geweest van een criminele organisatie. Zo had deze Marokkaanse onderdaan zijn minderjarige neef clandestien en met valse papieren laten overkomen, om hem vervolgens te doen “werken” als verkoper van drugs.

De rechtbank baseert zich op de verklaringen van de beklaagden (van wie sommigen bekentenissen hebben afgelegd), op telefoontaps, op waarnemingen en vaststellingen van de politie, en op de vele verklaringen van klanten uit het dossier om de tenlasteleggingen tegen de beklaagden aan te nemen (behalve tegenover een van hen die wordt vrijgesproken).

Zo oordeelt de rechtbank dat betrokkenen een heus netwerk hebben uitgebouwd voor de verdeling van verdovende middelen. De hoofdbeklaagde was daarvan het hoofd en de organisator (hij onderhandelde over de aankoop van drugs bij Nederlandse leveranciers, zag toe op de aanvoer van de goederen, rekruteerde en ontsloeg de verkopers, …). Ook de andere beklaagden hadden een specifieke rol (rechterhand, in ontvangst nemen van de verdovende middelen, levering aan klanten,…).

De beklaagden kregen gevangenisstraffen van 3 tot 8 jaar, de meeste met uitstel. De rechtbank sprak behalve de verbeurdverklaring van de door de politiediensten in beslag genomen sommen en voertuigen, ook een verbeurdverklaring per equivalent uit van een som van 300.000 euro tegenover de hoofdbeklaagde en 50.000 euro tegenover zijn rechterhand, na aftrek van de in beslag genomen en verbeurdverklaarde sommen.

Dit vonnis is definitief.