In een zaak met een Iraaks-Iraans smokkelbende, waarin Myria zich burgerlijke partij stelde, veroordeelde de rechter  de bende voor mensensmokkel met verzwarende omstandigheden en het vormen van een criminele organisatie. De feiten kwamen aan het licht via voorverkenningen, contra-observaties en telefoontaps.

De rechter stelde dat het om een gestructureerd netwerk ging, duurzaam in de tijd en waarbij de mensensmokkel goed georganiseerd was. Het verenigingsobjectief was het bekomen van een flagrant wederrechtelijk vermogensvoordeel, waarvoor allerlei malafide technieken werden gebruikt. De bende opereerde langs de parkings van de E40 en in de kusthavens. Ze schuwden geen geweld en uit het onderzoek bleek dat er duidelijk sprake was van een machtsstrijd tussen de organisaties van mensensmokkel, die opereerden vanuit wat ze zelf “deze jungle” noemden.

Ze brachten de slachtoffers, onder meer afkomstig uit Afghanistan, Syrië, Turkije en Iran, met bestelwagens naar de parkings om ze daar in vrachtwagens te zetten met oog op een transport naar Engeland. Ze verzorgden dit transport met en zonder garantie. Een transport met garantie kostte 7.000 à 8.000 euro. Zonder tussen 1.500 en 2.000 euro. Onder de slachtoffers waren ook gezinnen met minderjarige kinderen en zwangere vrouwen. Zo zouden 10% van de slachtoffers kinderen geweest zijn. Ze werden louter als koopwaar gezien waardoor er ook roekeloos werd omgegaan met hun veiligheid. Zo werd er bijvoorbeeld transport geregeld in koelwagens.

De beklaagden waren niet aan hun proefstuk toe. Een van hen was in Frankrijk al veroordeeld voor gelijkaardige feiten, zij het onder een andere naam. Hij werd alom gevreesd en beslechtte zijn conflicten met vuurwapens. Een andere was zelf ooit slachtoffer van mensensmokkel. Dit was volgens de rechter geen excuus. Integendeel: als voormalig slachtoffer van mensensmokkel is de beklaagde het beste geplaatst om te weten hoe het voelt in mensonterende omstandigheden als vee te worden verhandeld.

De correctionele rechter sprak gevangenisstraffen uit tussen twee en acht jaar en geldboetes tussen 6.000 en 24.000 euro. Er werden ook bijzondere verbeurdverklaringen opgelegd tot 30.000 euro. Myria, dat zich burgerlijke partij stelde, kreeg een schadevergoeding van 2.500 euro.

Deze beslissing werd in beroep bevestigd door het hof van beroep van Gent  met een arrest van 21 oktober 2014.