In het opiniestuk neemt hij zijn ideologische tegenstanders in de tang: zich verzetten tegen een standvastig beleid zou gelijk staan aan het openzetten van de grenzen, en dus het einde van de verzorgingsstaat. Het is waar dat het afschaffen van alle grenzen vandaag rijke landen door een toestroom van migranten die beter willen leven, zou overweldigen en destabiliseren. Men zou hier zelfs aan kunnen toevoegen dat niet de armste migranten clandestien naar hier komen, maar net diegenen die de middelen en de cojones hebben om zulke gevaarlijke reis aan te vatten. Een situatie van open grenzen is in se een ​​neoliberaal systeem waarin de meest bekwamen, minst armen en de dappersten winnen. De burgemeester van Antwerpen sluit aan bij de lijn die de standvastigheid van de toespraken en maatregelen heiligt in naam van de strijd tegen het aanzuigeffect. Vanuit dit oogpunt lijkt de enige hoop de migrantenstroom in te dammen een beleid dat uitdrukkelijk en openlijk gericht is op het ontmoedigen van illegale migratie. De Wever wijst er nogmaals op dat er weinig politiek geloofwaardige alternatieven bestaan. In realiteit is quasi niemand voorstander van open grenzen. De kracht van zijn argument bestaat erin om elke tegenstand tegen het huidige beleid als dusdanig voor te stellen.

Laten we op deze denkwijze dezelfde strikte logica toepassen die Bart De Wever aan anderen oplegt.

Laten we ons voorstellen dat het huidige strakke beleid wordt verdergezet en zelfs versterkt. Europa slaagt er in zichzelf tot fort om te vormen. De meeste kandidaat-migranten worden ontmoedigd om het avontuur aan te vatten. Migranten die op irreguliere wijze op het grondgebied arriveren, worden systematisch teruggestuurd. Straten, maar ook de huizen van vreemdelingen in irregulier verblijf zijn op het einde van de rit "opgekuist". Beelden we ons in dat het land een aantal gesloten centra heeft en voldoende politionele middelen om ze zeker te stellen.

Stellen we ons ook voor dat, zoals demografische projecties suggereren, de bevolking van het Afrikaanse continent in dertig jaar verdubbelt, maar economisch niet van de grond komt. Terwijl we onze grenzen dichttimmeren, blijven we evenwel genieten van de voordelen van het vrije verkeer van goederen, per dictum van een nog steeds geglobaliseerde wereld, ten gunste van de noordelijke landen. We blijven smartphones gebruiken dankzij het zweet van Congolese arbeiders die zeldzame metalen uit de grond kretsen waarvoor ze een infinitesimaal deeltje krijgen van de miljardenwinsten van Apple of Samsung.

Om “ten allen koste” een nieuw Calais te vermijden, wat reeds leidde tot het onderhandelen met een dictatoriaal land eerder dan mensen op straat te laten, beelden we ons in dat we onze investeringen in ontwikkelingssamenwerking op een even laag of nog lager pitje zetten dan vandaag het geval is (0,4% van het bruto nationaal inkomen). Ontwikkelingssamenwerking leidt tenslotte tot migratie omdat het kandidaat-migranten rijker maakt, en dus in staat om de overtocht te betalen. Als we het argument consequent doortrekken, kunnen we ons voorstellen dat alle samenwerking gestopt wordt. Hoe meer we deze landen helpen, hoe groter de kans dat ze ons kandidaat-migranten sturen.

Stellen we ons ook voor dat Europa zich uitsluitend blijft richten op hoogopgeleide migranten, en de rest van de wereld vergeefs hoort aankloppen, veilig verstopt achter haar gigantische muren. #wallsnotbridges

We beginnen te zien waar het schoentje knelt.

Het probleem bestaat erin dat deze coherente redenering er van uit gaat dat een groot deel van de wereld instemt met deze hermetische afsluiting, terwijl ze op kleine schermpjes zien hoe de Noordelijke landen hun onderdanen alle mogelijkheden bieden om zich te ontplooien.

Het is problematisch dat deze redenering inhoudt dat we net die grondrechten inperken die voortvloeien uit de Europese waarden die we onder de toevloed van migranten bedreigd wanen. De honderden mensen die transitmigranten herbergen begrijpen dit. Ze redeneren niet in geopolitieke termen, maar in menselijke termen. Ze plaatsen zichzelf in de plaats van hun gasten en denken wat ze in hun plaats zouden doen.

De Europese bevolkingen zijn te zeer getekend door de geschiedenis om zonder aarzeling het beperken van grondrechten te aanvaarden die een hermetische aanpak van migratie zou vereisen. Om illegalen echt te ontmoedigen zou het nodig zijn om het aantal gesloten centra met twintig te vermenigvuldigen, uitzettingen met honderd, en alle beschikbare energie van de ordediensten hierop te focussen.

Het valt moeilijk te zien hoe jonge mensen in Afrika en elders, zelfs als ze niet allemaal willen migreren, een lot zouden accepteren dat er voornamelijk in bestaat zich koest te houden in landen die schier perspectief bieden op een waardevol bestaan, terwijl het Eldorado wenkt - aldus de effectieve marketing van smokkelaars. In het migratiedebat worden zij die de stevige aanpak in vraag stellen doorgaans weggezet als naïef. Naïever is het echter te denken dat men mensen kan tegenhouden die aangevuurd worden door het verlangen naar een beter bestaan, die radeloos genoeg zijn hun leven te riskeren op geïmproviseerde bootjes, overheen muren, zeeën, grenzen of ontradende berichten. De geschiedenis toont dat geen enkele barrière mensen tegenhoudt die niets te verliezen hebben.

Het is met andere woorden cynisch en onrechtvaardig te doen alsof men tegelijk Europa wil beschermen tegen migratie, en de rest van de wereld verder vierkant laat draaien, met ongeziene verschillen in inkomens en hoop. Dat aanvaarden staat gelijk aan het aanvaarden dat we speelbal zijn van het lot: van de dobbelsteenworp die bepaalt of je geboren bent aan deze of gene zijde van de Middellandse Zee. Is het met andere woorden eerbaar om ​​identiteit en natie te herleiden tot de geneugten van de verzorgingsstaat? Is het kunnen afdragen aan de verzorgingsstaat, in die zin, niet eerder toeval dan verdienste?

Europa heeft niet het “geluk”, zoals de Verenigde Staten, om van de wereld afgesneden te zijn door twee grote oceanen die het tegen migratie vanuit andere continenten zou beschermen. Bart De Wever gebruikt deze geografische realiteit om een ​​politiek gevolg te trekken: omwille van haar geografische ligging is Europa gerechtigd haar grenzen te sluiten. We kunnen deze redenering ook omkeren: net omwille van haar geografische ligging is Europa is wat het is. Net omdat de geschiedenis van Europa is wat het is, heeft het continent universele waarden opgebouwd die haar ervan weerhouden een beleid te voeren in overeenstemming met haar eigenbelang. Met andere woorden: waarden die voorkomen dat het zich gedraagt ​​alsof de rest van de wereld niet bestond.

Al drie jaar lang prijs ik me gelukkig Myria te mogen leiden; het Federaal Migratiecentrum, een onafhankelijk overheidsorgaan dat onder andere toeziet op de grondrechten, het analyseren van migratiecijfers en het stimuleren van de strijd tegen de mensenhandel en mensensmokkel. Het waren drie jaren van moeilijk en controversieel maar ook fascinerende ontwikkelingen op vlak van migratie. In deze drie jaren heb ik echter maar heel weinig zekerheden vergaard. Van alle zekerheden is de grootste zekerheid het feit dat bijna niets zeker is. Migratie is de uitdaging van de eeuw. Het is een ongelooflijk moeilijke kwestie, net omdat wetgeving, economie, politiek, geschiedenis, geografie, religie en identiteit elkaar overlappen. Wat me quasi elke dag blijft verbazen zijn de geesten die nooit twijfelen.

"Het doel heiligt de middelen,” schreef Albert Camus, “maar wie heiligt het doel?" Het evenwicht tussen doel en middelen staat of valt met het respecteren van grondrechten. Democratische cultuur is sterk geworteld in ons land. Velen zien de mens als een man of een vrouw met dromen, en niet in de eerste plaats als rechtssubject dat de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en het verwijderen van vreemden, overtrad. Mensen van alle achtergronden en overtuigingen verwelkomen de migranten van het Maximiliaan Park. Ze voelen aan dat wat er op het spel staat veel meer is dan de toekomst van de sociale zekerheid. Dat het gaat om onze visie van rechtvaardigheid. Van het terugsturen van de Soedanezen, over humanitaire visa tot woonstbetredingen, telkens stelt zich de vraag waar trek je de grens. Het debat laait telkens op omdat deze grenzen onduidelijk zijn.

De olifant in de kamer is de 'economische migratie'. Ook hier is onduidelijkheid troef. Gegevens omtrent de vraag of Europese economieën morgen meer nood zullen hebben aan buitenlandse arbeiders, en in welke mate, of en hoe migranten een troef zijn voor de samenleving los van het economische aspect, zijn complex, uiteenlopend , en soms lacunair. Er bestaat evenwel een onverbiddelijk demografisch element. Sinds 2015 sterven er in alle landen van de Europese Unie meer mensen dan er geboren worden. Met andere woorden, zonder migratie tekende Europa reeds drie jaar lang een demografisch tekort op.

Een aantal mensen buigt zich reeds meerdere jaren over deze kwestie. We moeten het debat opentrekken naar de brede bevolking die zich sinds de zomer van 2015 zorgen maakt over migratie. Het is tijd om de taboes te laten varen, en het gesprek aan te gaan over migratie op lange termijn, niet enkel wanneer een nieuwe crisis ons ermee om de oren slaat. Het eindeloze debat; het getouwtrek tussen verschillende waarden en belangen heeft zijn beste tijd gehad.  Het moment is gekomen om concrete oplossingen uit te werken.

Myria zal in het najaar een debat organiseren over economische migratie. Wij nodigen alle betrokken partners van het maatschappelijke middenveld hartelijk uit: sociale partners, ngo's, en onderzoekscentra. Deelname van vakbonden en ondernemers zijn in deze onontbeerlijk. We maken ook graag de link met de wereld van de ontwikkelingssamenwerking.

De bestrijding van illegale migratie is een legitiem doel voor elke staat. Deze strijd houdt echter enkel steek moreel gezien wanneer deze staat tegelijkertijd investeringen doet om de conflicten, ongelijkheid en armoede die de wereld teisteren, te helpen verminderen, en om ervoor te zorgen dat migratie een levenskeuze wordt en geen overlevingsnoodzaak. We kunnen niet verder gaan met spreken over migratie alsof het probleem bij onze grenzen begint, alsof we geenszins verantwoordelijk zijn voor de situaties die mensen op de vlucht doen slaan.

We hebben een kans om van het migratievraagstuk een constructieve uitdaging te maken in plaats van een niet aflatende bron van spanning. Never waste a good crisis, zoals Theo Francken onlangs Churchill citeerde.

Indeed.

François De Smet

directeur Myria

Verschenen in De Morgen, 8 februari 2018