15 jaar opvangwet

In 2022 was het vijftien jaar geleden dat de opvangwet van 12 januari 2007 werd goedgekeurd. De voorbije jaren werden helaas gekenmerkt door verschillende “opvangcrisissen”, periodes waarin het aantal plaatsen onvoldoende was om alle aanwezige asielzoekers opvang te bieden.

Deze “verjaardag” van de opvangwet viel midden in een nieuwe opvangcrisis, die al sinds het najaar van 2021 duurt en die zich ook deze zomer in alle hevigheid laat voelen.

Mensen konden niet altijd hun asielverzoek laten registreren, en moesten noodgedwongen op straat slapen. De Belgische staat werd de voorbije maanden honderden keren veroordeeld door de rechtbank omdat die geen opvang bood. Voor personen die geen bewijs konden voorleggen dat ze hun asielaanvraag gedaan hadden, was er zelfs geen daadwerkelijk rechtsmiddel.

Oorzaken en te beperkte reactie van de overheden

Hoewel het maandelijkse aantal verzoeken om internationale bescherming in België relatief hoog is sinds de zomer van 2021, blijft het jaarlijkse aantal heel sterk onder dat van de grote “piek” in aanvragen van 2015. Het plaatsgebrek in de opvang hangt ook samen met de grote achterstand bij de behandeling van asielverzoeken (een achterstand die verder is opgelopen tijdens de COVID-periode). Daardoor verblijven asielzoekers momenteel voor een heel lange periode in het opvangnetwerk in afwachting van de behandeling van hun verzoek en blijven plaatsen dus langer ingenomen.

In tegenstelling tot de indrukwekkende en lovenswaardige logistieke operatie die werd uitgerold door de Belgische overheden voor tijdelijke bescherming van vooral Oekraïners in maart 2022, zijn gelijkaardige acties voor verzoekers om internationale bescherming tot nu toe uitgebleven.

Myria dringt er bij de overheden op aan om alle maatregelen te nemen om het recht op opvang te waarborgen zodra een persoon te kennen heeft gegeven om internationale bescherming te willen verzoeken, en om een daadwerkelijk rechtsmiddel te garanderen. Het vraagt daarnaast om de waarborgen en flexibiliteit die gelden voor personen die tijdelijke bescherming aanvragen ook toe te passen voor personen die internationale bescherming vragen (daadwerkelijke toegang tot de procedure, openingsuren aanpassen en extra personeel afhankelijk van de toestroom).

Langdurige opvang in collectieve opvangstructuren

Vandaag moet het de hoogste prioriteit zijn om het recht op opvang opnieuw te garanderen. Tegelijk grijpt Myria de vijftiende verjaardag van de opvangwet ook aan om te wijzen op de gevolgen van een langdurig verblijf in collectieve opvangstructuren.

Hoewel de regering in 2020 beloofd had om werk te maken van een beter evenwicht tussen collectieve en individuele opvang, telde het opvangnetwerk nooit zo weinig individuele plaatsen als in 2021: 5.800 in 2021 tegenover 8.500 in 2007 (20% van het totaal tegenover 54% in 2007). Dat ondanks de stijging van het totale aantal opvangplaatsen voor asielzoekers door de jaren heen.

Individuele opvang biedt een betere garantie voor de menselijke waardigheid en het recht op een privé-en gezinsleven van asielzoekers.

Myria beveelt aan de capaciteit van de individuele opvang uit te bouwen, en die daadwerkelijk toegankelijk te maken voor asielzoekers na zes maanden in de procedure.  

Verzoeken om internationale bescherming in cijfers

20.539 personen hebben in 2021 een eerste verzoek om internationale bescherming in België ingediend, iets minder dan in 2019, een jaar zonder COVID. Onder hen zijn er 964 personen (oftewel 5%) aangekomen in het kader van een hervestiging.

5.432 personen hebben in 2021 een volgend verzoek ingediend, op een totaal van 25.971 verzoeken. Bij een op de vijf verzoeken om bescherming gaat het dus om een volgend verzoek.

Vrouwen vertegenwoordigen 28% van de verzoekers om internationale bescherming in 2021.

Het aantal verzoeken (3.219 in 2021) om internationale bescherming door personen die stellen een niet-begeleide minderjarige vreemdeling (NBMV) te zijn steeg fel in vergelijking met de afgelopen jaren. De overgrote meerderheid van de NBMV’s bestaat uit jongens (96%) die de Afghaanse nationaliteit hebben (76%).

Beslissingen over internationale beschermingsstatus

10.093 personen kregen in 2021 de internationale beschermingsstatus toegekend in België. 447 NBMV’s die als zodanig bij de beslissing werden geïdentificeerd hebben een internationale beschermingsstatus gekregen, oftewel 71% van de geïdentificeerde NBMV’s.

43,5% van de beslissingen die door het CGVS zijn genomen in 2021 resulteerde in de toekenning van een internationale beschermingsstatus.

In aantallen zijn Syriërs (77%), Palestijnen (58%), Eritreeërs (85%) en Afghanen (46%) de nationaliteiten die in 2021 het vaakst bescherming kregen.