Eind januari heeft Myria een advies aan de Commissie voor Binnenlandse zaken van de Kamer voorgelegd over een wetsvoorstel met het oog op het vrijstellen van buitenlandse studenten van het betalen van de retributie aan de Dienst vreedelingenzaken (DVZ). Myria heeft op zich geen bezwaar tegen zo’n vrijstelling maar moedigt de Commissie aan om de problematiek van de retributie in zijn geheel te analyseren en hervormen. Volgens Myria lijkt de sanctie van onontvankelijkheid onevenredig, omdat de persoon die geen retributie of een ontoereikend bedrag betaald heeft geen gelegenheid krijgt om de situatie recht te zetten voordat de aanvraag onontvankelijk wordt verklaard. Myria suggereert ook dat de retributie van rechtswege aan de betrokkene wordt terugbetaald als de door de wet voorzien behandelingstermijn (en bij gebrek aan een bepaalde termijn in de wet, een te bepalen maximum redelijke termijn) door de administratie niet wordt nageleefd.